Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB2222

Datum uitspraak2007-09-06
Datum gepubliceerd2007-09-10
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Haarlem
Zaaknummerszaak/rolnr.: 344920 CV EXPL 07-2272
Statusgepubliceerd
SectorSector kanton


Indicatie

Consumentenrecht. Proceskosten. De wetgever heeft uitdrukkelijk gewild dat iemand op wie het WSNP regime van toepassing is, nieuwe schulden kan maken. De mobiele telefoonmaatschappij die zaken doet met zo'n persoon mag haar vordering, bij niet betaling, gerechtelijk invorderen. Echter, wanneer zo'n persoon eerder heeft doen blijken die vordering te kunnen en te willen afbetalen dan is het onredelijk om hem met proceskosten te belasten. Daarom moet de telefoonmaatschappij haar eigen kosten dragen.


Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM Sector kanton Locatie Zaandam zaak/rolnr.: 344920 CV EXPL 07-2272 datum uitspraak: 6 september 2007 VONNIS VAN DE KANTONRECHTER inzake Transfair B.V. te Zwolle eisende partij hierna te noemen Transfair gemachtigde deurwaarder mr. R. Wijburg tegen [gedaagde] te [adres] gedaagde partij hierna te noemen [gedaagde] gemachtigde: geen (procedeert in persoon) De procedure Transfair heeft op gronden zoals in de dagvaarding vermeld een vordering ingesteld tegen [gedaagde]. Hierop heeft [gedaagde] geantwoord. Vervolgens is schriftelijk voort geprocedeerd. Tenslotte is de uitspraak op vandaag bepaald. De inhoud van alle processtukken, waaronder begrepen de mogelijk door partijen overgelegde producties, wordt als hier overgenomen beschouwd. De vordering Transfair vordert dat de kantonrechter, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] zal veroordelen aan Transfair te betalen de somma van € 557,41 met (verdere) rente en kosten. Het verweer Het verweer strekt tot gehele of gedeeltelijke afwijzing van de vordering. De beoordeling van het geschil Het gaat in deze zaak om de afwikkeling van een mobiele telefooncontract op 16 augustus 2005 gesloten tussen [gedaagde] en T-Mobile Netherlands B.V. De daaruit voortvloeiende (rest)vordering is door T-Mobile aan Transfair gecedeerd. Vast staat dat [gedaagde] haar betalingsverplichtingen niet is nagekomen. Na aftrek van een betaling van € 569,75, die als eerste is afgeboekt van de toen openstaande rente en kosten, resteerde per datum dagvaarding een bedrag groot € 557,41. [gedaagde], op wie op 12 oktober 2004 de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP) van toepassing is verklaard, met benoeming van [bewindvoerder] tot bewindvoerster, heeft aandacht gevraagd voor haar financiële problemen en meent dat zij in aanmerking komt voor een afbetalingsregeling en kwijtschelding van de bijkomende kosten. Daarover wordt als volgt geoordeeld. De restantvordering is op zichzelf niet betwist en ligt daarom voor toewijzing gereed. Daaraan kan niet afdoen dat sinds 12 oktober 2004 de WSNP op [gedaagde] van toepassing is, nu de onderhavige schuld na het uitspreken daarvan is aangegaan. Hoewel de kantonrechter alle begrip heeft voor de moeilijke situatie waarin [gedaagde] stelt zich te bevinden, kan dat niet afdoen aan toewijzing van de vordering met inbegrip van de rente. Het is een bewuste keuze van de wetgever geweest dat [gedaagde] na het uitspreken van het WSNP regime bekwaam bleef om nieuwe schulden te maken. Zelfs een afbetalingsregeling kan de kantonrechter niet opleggen, maar aangenomen mag worden dat de executerende deurwaarder daar onder bepaalde voorwaarden wel mee akkoord zal gaan. Voor wat betreft de proceskosten heeft evenwel het volgende te gelden. T-Mobile heeft ervoor gekozen een mobiele telefooncontract te sluiten met iemand op wie de WSNP van toepassing was verklaard. Nadat [gedaagde] dienaangaande in betalingsproblemen was geraakt heeft zij, ondanks haar zeer beperkte middelen, toch nog kans gezien om een aanmerkelijk deel van de ontstane schuld af te lossen. Aangenomen mag dan ook worden dat de vordering door verdere termijnbetalingen binnen redelijke tijd was afgelost. Hoewel Transfair niet het recht kan worden ontzegd voor dat restant een voor executie vatbare titel te verkrijgen ben ik het wel met [gedaagde] eens dat zij daardoor onnodig op kosten dreigt te worden gejaagd. Het is dan ook redelijk om de door Transfair gemaakte proceskosten geheel voor haar eigen rekening te laten. Beslissing [gedaagde] wordt veroordeeld om aan Transfair te betalen de somma van € 557,41 met de overeengekomen rente daarover ad 0,327% per maand vanaf de dag dat gedagvaard is tot de dag dat alles betaald is. Iedere partij draagt de eigen proceskosten. Dit vonnis wordt uitvoerbaar verklaard bij voorraad. Het meer of anders gevorderde wordt afgewezen. Dit vonnis is gewezen door mr. F.M.Visser, kantonrechter, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 6 september 2007, in tegenwoordigheid van de griffier.